Bewoners van Nieuwe Statenzijl vóór de jaren ’50 van de vorige eeuw en daarna

 

 

Voorwoord

Eind jaren 50 en in de jaren 60 van de vorige eeuw hebben Jurjen (roepnamen Jur, Jurrie, Jurn) Bakker en de webmaster van NDV in Nieuwe Statenzijl gewoond als buren. Jurjen heeft er langer gewoond dan ik. In dit verhaal beschrijft Jurjen Bakker de tijd dat hij in Nieuwe Statenzijl zijn jeugd door heeft gebracht. Hij/wij leven daar in volkomen vrijheid, met veel plezier. In een tijd dat de buren elkaar nog nodig zijn en elkaar helpen waar dat kan. Het is deels een nostalgisch verhaal over het verleden van Nieuwe Statenzijl. Jurjen schrijft ook dat hij nog steeds een aantal keren per maand de buurtschap bezoekt, net als ik dat doe. En toch zijn we elkaar daar nooit tegen gekomen. Jurjen is ouder dan ik. Als de dag van gisteren weet ik nog dat Jurjen ook graag visser wil worden, net als zijn vader. Een goed beleg op de boterham zit er niet in en dus wordt hij onderwijzer. Later doe ik datzelfde. Zelf bezit ik nog een aardrijkskundeboek van hem uit de tijd dat hij aan de kweekschool in Winschoten studeert: door mij uit de gracht gevist... Ook herinner ik me dat Jurjen op de kweekschool 'aanschouwingsmateriaal' moet maken. Zo laat hij mij op een dag een 'oase' zien die hij heeft gemaakt, compleet met palmbomen. Het is mij tot op heden een raadsel hoe hij dit kunstwerk ongeschonden in Winschoten heeft gekregen. Verder herinner ik me, dat hij tijdens zijn stage een dictee moet geven en die op mij oefent. Ik ga dan naar de lagere school in Drieborg en weet nog dat ik veel fouten heb gemaakt. Ondermeer heb ik het woord 'koning' midden in een zin met een hoofdletter geschreven. Het onderstaande verhaal is geheel van de hand van mijn voormalige buurman Jurrie en is door mij bewerkt (en soms iets aangevuld) voor NZD (HH).

 

 

De bewoners van Nieuwe Statenzijl

Vanuit de Reiderwolderpolder, ingepolderd in 1874, kom je omstreeks de jaren ‘50 van de vorige eeuw en lange tijd daarna, eerst door een dijkgat en dan ben je in buurtschap Nieuwe Statenzijl aangekomen. De eerste twee huizen worden bewoond door respectievelijk de familie J. Bolland en J. Remmers. De mannen van beide families werken bij de Stadsboerderijen, als boerenarbeider1 op de tweede boerderij vanaf  Nieuwe Statenzijl, waar destijds J. de Vries zetboer is. De gemeente Groningen is in die tijd de grootste boer van Nederland.            

Voormalige dijkcoupure (dijkgat) tussen Nieuwe Statenzijl en de Reiderwolderpolder. Foto: winter 1968/69, ©Harm Hillinga.
Voormalige dijkcoupure (dijkgat) tussen Nieuwe Statenzijl en de Reiderwolderpolder. Foto: winter 1968/69, ©Harm Hillinga.

 

Als je die twee huizen gepasseerd bent, dan krijg je aan de rechterkant de laadwal. Een plek, de naam zegt het reeds, waar de goederen, zoals bieten, strobalen enz.,  die vervoerd moeten worden door schepen, een tijdlang  opgeslagen kunnen worden om vervolgens in schepen te worden ingeladen en eventueel uitgeladen. Je bent hier de Westerwoldse Aa genaderd en gaat dan linksaf  langs het genoemd kanaal, nadat je het bord met de tekst ‘Slechts ter bede toegankelijke weg Rijks Waterstaat’ bent gepasseerd.

 

Vervolgens loopt een niet al te brede weg langs een vijftal huizen en twee garnalendrogerijen naar de sluizen. In de berm langs de Westerwoldse Aa staan houten aanlegpalen met een ijzeren kop. Later zijn deze houten palen  vervangen door betonnen palen. Aan het eind van WOII rijden de tanks met één zijde over de palen, waarvan sommige vermorzeld zijn en andere nog 10 cm boven het maaiveld uitsteken.

 

Rechts op de foto de dubbele woning van eigenaar de familie Kool, met daarnaast de garnalendrogerij. Verder naar links (niet te zien op de foto) de woning van de familie Hillinga, (hier heeft eerder de familie Janssen) gewoond) met daarachter een stal voor melkkoeien. Op de voorgrond Geertje Hillinga-de Vries met twee pas geboren kalveren. Foto: 1968, ©Harm Hillinga.
De voormalige woning van de familie Harm Janssen, later de familie Harm Hillinga sr met hun kinderen Manne en Eggo. Op de foto woont daar de familie Eggo Hillinga. Erachter de stal voor de melkkoeien en de hooimijt. Rechts de woning van eigenaar familie De Boer, later woont daar de familie Willem Bakker (1941) en op de foto wordt de woning bewoond door de familie Meintz met hun twee zoons, Mannes en Joke. Deze familie vertrekt later naar Oudezijl bij Nieuweschans. Foto: 1968, ©Harm Hillinga.

Het eerste huis aan de Westerwoldse Aa, eigenaar de familie Kool, is een twee onder één kap woning, waarvan de zuidelijke helft gevorderd en bewoond wordt in 1940-1945 door de Duitse Wehrmacht, de noordelijke helft wordt bewoond door familie Kool. Van oorsprong is de familie Kool  binnenvaartschipper, maar vanaf de tijd dat ze in Nieuwe Statenzijl wonen, zijn het garnalenvissers op de Dollard. Rechts naast hun huis staat een garnalendrogerij.

 

Vervolgens staat iets verder van de weg af een huis, dat eigendom is van de gemeente Groningen en bewoond wordt door de familie Janssen. Harm Janssen is vaste landarbeider bij de gemeente Groningen en werkt op de eerste boerderij als je Nieuwe Statenzijl verlaat richting Drieborg. De heer Klaas Schipper is hier zetboer. Na vertrek van Harm Janssen en zijn vrouw Grietje Wiebrands naar Drieborg is het huis gekocht en bewoond door Harm Hillinga sr. en zijn vrouw Ebelbiena Hulsing met hun twee kinderen, Eggo en Manne. Na hun vertrek hebben zoon Eggo Hillinga, gehuwd met Geertje de Vries, en hun zoon Harm Hillinga jr., hier ook gewoond.   

 

Vervolgens krijg je een huis dat toebehoort aan de familie De Boer. Dit huis is door mijn ouders in 1941 gehuurd en aldus ben ik op vierjarige leeftijd vanaf Hongerige Wolf in Nieuwe Statenzijl terecht gekomen. Dicht naast dit huis, aan de rechterkant, staat ook een garnalendrogerij. Deze drogerij is in 1941 afgebroken. Vervolgens ligt er een gracht van ongeveer 25 meter lang en  pakweg 10 meter breed. Dan weer een garnalendrogerij en vervolgens een winkelhuis. Het huis gehuurd door mijn ouders en de twee drogerijen, alsmede het winkelhuis behoren aan de familie De Boer. De winkel wordt gerund door mevrouw Fennie de Boer, terwijl haar man Willem de Boer garnalenvisser is op de Dollard. Willem de Boer en zijn vrouw Fennie hebben  twee zoons. Simon en Chris genaamd. Beiden zijn ook visser geweest op de Dollard, maar ze zijn allebei met vissen gestopt. Simon is een tijdlang sluisknecht geweest en daarna naar (Bad) Nieuweschans verhuisd, waar Simon bij de gemeente heeft gewerkt. Simon is getrouwd met Temke Rol, afkomstig uit Nieuweschans. Simon en Temke hebben hun laatste levensjaren in verzorgingstehuis ‘Blankenborg’ te Blijham gewoond.  Ze zijn beiden nu overleden.

Tekening van de wijze waarop een schip aan de wal wordt vastgelegd. Aangeleverd door Jujen Bakker.
Het schip van de gebroeders Jansen 'de Concordia, gebouwd in 1926, groot 63 ton, geladen met slik bij Oud Statenzijl. Foto: 1935.
Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.
Het winkelhuis van de familie De Boer, later een paar jaar bewoond door Eggo Hillinga, zoon van Harm Hillinga sr. en Geertje Hillinga-de Vries, alsmede hun zoontje Harm ten tijde dat Eggo samenwerkt met zijn vader op de boerderij.
Oorspronkelijk onderschrift: De 'Nieuwe sluiswachterswoning Nieuw Statenzijl, opname van 1 Nov. 1906'. Men is dan druk bezig het sluizencomplex te bouwen. De rails om grond en materialen aan te voeren liggen nog voor de woning. Foto: eigen verzameling HH, oorspronkelijke bron onbekend.
Zo ziet de voormalige sluismeesterswoning er tegenwoordig uit. Als er een derde sluiswachter bij komt, wordt de woning gesplist en bewoont de familie Dijkema de rechterkant van de woning. Het gebouw rechts is een schuur. De prachtige tuin is verdwenen en heeft plaats gemaakt voor een weiland met schapen. Foto: Foto: 2018, ©Harm Hillinga.
Schutsluis van 1907 voor de nieuwbouwverbouwing. In de sluiskolk ligt de BT1 van garnalenvisser Willem Bakker om geschut te worden. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker. 
Dit is de oude spuisluis in 1874 aangelegd, de meest oostelijke sluis. Ongeveer 200 meter naar links is in 1907 de schutsluis aangelegd. Over deze spuisluis kom je op het land van een boerderij die in april 1945 zwaar beschadigd raakt tijdens de bevrijding en waarvan het land daarna nog steeds bewerkt wordt door de fam. Hillinga sr. en later door de fam. Hillinga jr. Ongeveer 300 meter vanaf deze sluis naar het oosten (rechts) ligt de grens met Duitsland; op de bovenste foto niet te zien. Foto: aangeleverd door Jurjen Bakker.
Buitensluis/spuisluis van 1874 te Nieuwe-Statenzijl. Op de voorgrond een beurtschip in de Westerwoldse A. Geheel rechts tegen de wal ligt de ‘plougbolle.’ Aan de achterkant zie je een soort hekwerk, dat omlaag kan worden gelaten, zodat het hekwerk voorzien van ijzeren punten over de bodem van het vaarwater kan worden getrokken. Een vaartuig om de Westerwoldse Aa op diepte te houden. Deze foto is ook reeds eerder te zien, doch nu duidelijker. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.
De schutsluis in de oude, oorspronkelijke staat met het 'meethuisje' voor de waterstand en rechts de woning van de sluismeester, waar de familie De Boer heeft gewoond en later Harm Wezeman en zijn vrouw. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

Chris de Boer is naar Nederlands Indië geweest als militair. Vervolgens is hij gevangenisbewaarder geweest te Winschoten. Daarna heeft hij de schelpenzuiger ‘Nieuweschans 1’ gekocht en vist hij op de Waddenzee schelpen, die vermalen worden tot grit in Oudezijl bij Nieuweschans. Op 16 december ’64 (jaartal niet precies bekend) is de ‘Nieuweschans 1’ onder Borkum vergaan. Schipper Chris de Boer, gehuwd met Maria Nieuwenhuis, halfzuster van mijn moeder, is levenloos aangespoeld op het Duitse eiland Norderney.

 

De knecht aan boord en afkomstig uit Spijk2 is levenloos teruggevonden in een half geopende drijvende reddingsboot op de Elbe door zijn broer. Deze broer is matroos op een kustvaarder, die toevalligerwijs richting Hamburg vaart. Hoe kan het verkeren…

 

Mevrouw De Boer doet nu de winkel. Een winkel in Nieuwe Statenzijl? Waarvoor is dat nodig? Is er dan klandizie? Jazeker is die er.

 

In die tijd is er veel  scheepvaart. Veel binnenschepen vervoeren turf, aardappels, stro, suikerbieten, graan, grind, slijk enz. Bijna elke schipper bezit wel een klein bootje met een vrij sterke motor, een opduwertje genaamd, en een fel keffend schippershondje, een klein vlug hondje.

 

Vloeken en schreeuwen als er iets verkeerds gaat, behoort bij dit schippersvolk. Slijkvaarders halen slijk van de Dollard en brengen dit als ‘slik’, een soort kunstmest, naar Westerwolde. Dit is zeer zwaar handwerk en wordt met schop en kruiwagen uitgevoerd. Jenever is hen niet vreemd, liters zijn verzwolgen.

 

Na het winkelhuis van de familie De Boer komt een 100 meter lang stuk bouwland, hetgeen door de knecht van de sluismeester wordt  bebouwd en geoogst, meestal voederbieten.

 

Na dit bouwgrond kom je bij  het huis van de sluismeester IJdema.  IJdema  woont in een prachtig groot huis, omgeven door een keurig net geknipt meidoornheg.

 

Binnen de heg ligt een zeer goed onderhouden grasveld met mooie bloemperkjes. Als je bij IJdema moet zijn, moet je  een prachtig smeedijzeren hek openen en vervolgens loop je over een net grindpaadje naar de stoep bij de voordeur. Hier kun je aan een bel trekken en dan verschijnt IJdema. Je vraagt IJdema  vriendelijk of hij even een  boodschap via de telefoon zou willen doorgeven.

 

Alleen IJdema  heeft telefoon in die tijd. Hij moet elke dag per telefoon de waterstanden van de Dollard doorgeven aan Rijkswaterstaat en als het stormt uit het noordwesten en het Dollardwater hoog tegen de dijk staat, moet Rijkswaterstaat voortdurend op de hoogte worden gebracht van de waterstand.

 

Bij zeer hoogwater moet ook de dijkwacht worden ingeschakeld en als het kritisch wordt en het water één á twee meter onder de kop van de dijk komt, moeten de dijkgaten gedicht worden en moeten de boeren gewaarschuwd worden.                                    

 

De bewoners van Nieuwe Statenzijl maken slechts gebruik van die telefoon als het zeer dringend is. Sluismeester IJdema is een echte heer, die beslist geen vuile handen krijgt. IJdema heeft een knecht in dienst die voor zijn tuin en schapen en koeien zorgt.

 

Ook is er bij zijn woning een appelhof, eveneens omgeven door een meidoornheg. Deze heg kan ons in die tijd niet voldoende beletten om in de herfsttijd geen bezoek te brengen aan de appel- en perenbomen.

 

Wij  weten heel precies waar de lekkerste appels te vinden en te plukken zijn… Vanzelfsprekend zijn we bij genoemd spelletje ook wel eens betrapt en moeten dan hals over kop de tuin uit door een niet al te groot gat in de heg om geen oplawaai te krijgen. Rap zijn we dan we dan wel weer weg, maar zonder schrammen kom je er niet vanaf.

 

Na IJdema is de heer Maarten Kool sluismeester geweest en later diens opvolger  de heer Leeuwerke. Leeuwerke is voor zijn benoeming te Nieuwe Statenzijl, sluiswachter geweest te De Bult, gelegen tussen Ulsda en voormalig Winschoterzijl. Momenteel is de heer Moret sluismeester3.

 

De heer Jan Dijkema, wiens vader ook sluisknecht is geweest te Nieuwe Statenzijl, wordt de laatste sluismeester en woont tegenwoordig in Nieuw Beerta. Zijn gezin is afkomstig uit een schippersfamilie.

 

Schuin tegenover het huis van de sluismeester ligt de schutsluis. Deze sluis is gebouwd in 1907 en dient voor het schutten van schepen.

 

Na deze sluis kom je bij het huis van de sluisknecht. In dit huis heeft de zoon van IJdema, Hendrik genaamd,  met z’n gezin gewoond.

 

Vóór Hendrik IJdema woonde Jan Kool er. Jan Kool is sluisknecht geweest te Nieuwe Statenzijl en heeft jarenlang sluisdeuren met de hand open en dicht moeten draaien. Hij is de persoon, die de meeste schepen in Nieuwe Statenzijl heeft geschut.

 

Op latere leeftijd is hij nog brugwachter geweest te Nieuweschans. Hij heeft daar gewoond in de nabijheid van café Leeuwerke (Vadertje)  en waar kapper Jan de Vries heeft gewoond.

        

Na Hendrik IJdema heeft Simon de Boer er als sluisknecht gewoond en vervolgens Harm Wezeman met zijn echtgenote, afkomstig van Termunten.  Na hun vertrek is het huis afgebroken om er een nieuw sluizencomplex te bouwen.

 

Na het huis van de sluisknecht kom je bij de oude sluis uit 1874. Deze sluis is een spuisluis. Het overtollige water kan door deze sluis worden afgevoerd naar de Dollard. Deze sluis kan alleen schepen doorlaten als het water buitendijks gelijk staat met het water binnendijks en dit is meestal een zeer korte tijd.

 

 

Het is vaak een drukte van belang in de vroegere Nieuwe Statenzijl. Rechts de woning van de sluismeester en rechts die van de sluiswachter. Er is veel volk op de been. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

Gezicht op de schutsluis. Ongeveer 200 meter vanaf de schutsluis naar rechts bevindt zich de spuisluis van 1874 (achter de bomen). Op dit werkschip zie je de volgende personen van links naar rechts: Albert Koolhof, broer van mijn moeder. Aannemer Aldershof uit Nieuw Beerta, zittend Marietje Nieuwenhuis gehuwd met Chris de Boer (zie tekst) op schoot Ina de Boer de dochter van Temke Rol gehuwd met Simon de Boer, dan mijn zus op klompen, Marietje Bakker en als laatste Stientje Bakker-Koolhof (de moeder van Marietje en mij). Ina de Boer en mijn zus zijn nog in leven. Foto: circa 1951, aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

 

 

De voormalige boerderij van Nieuwe Statenzijl. Links loopt het paard Vos. Deze foto is gemaakt in 1968 door ©Harm Hillinga.

 

Als je de oude spuisluis uit 1874 overloopt, ben je nog steeds op Nederlands grondgebied. Op dit land staat een boerderij (foto hierboven). Deze boerderij wordt verhuurd door de gemeente Groningen.

 

Hier hebben Fokke Janss Möhlenmann gehuwd met Hilke Loden van circa 1907 tot 1924 gewoond, de familie Johannes van der Kamp en Elizabeth Siemens van 1924 tot 1942 en Harm Hillinga sr. gehuwd met Hebelbiena (Biene) Hulsing, van 1942 tot half april 1945 gewoond en geboerd.  In april 1945 is de boerderij zwaar beschadigd tijdens de bevrijding en vervolgens onbewoonbaar verklaard. Wel is het gebouw daarna nog gebruikt als schuur met een stal voor koeien en een paard. Harm Hillinga sr. wordt daarbij korte tijd geholpen door zijn zoon Eggo4, maar omdat het werk geen inkomsten oplevert voor twee gezinnen, vertrekt Eggo met zijn gezin naar de Oudeweg in Beerta om te gaan werken bij Everhardus Muntinga.

 

Stiene Bakker schept de garnalen in de manden en zet deze aan de wal. Het is zwaar werk, maar Stiene is een krachtige en stevige vrouw. Zij is op hoge leeftijd overleden in Winschoten. ©Foto: 1968, Harm Hillinga. Haar man, Willem Bakker, draagt twee manden gelijktijdig met zijn juk de wal op richting de garnalendrogerij naast hun woning. ©Foto: 1968, Harm Hillinga.

 

Klik op het pijltje > om het lied 'Genoat' van Ede Staal te horen. Album 'Mien Toentje'.
Vergeet niet het geluid aan te zetten. Bron: YouTube.

 

 

 

Tijdens de oogst op de boerderij wordt Eggo Hillinga bijgestaan door de harde werken van de sluizen, v.l.n.r. Eggo Hillinga, Leeuwerke en Dijkema. Harm Wezeman ontbreekt en moet toezien op de sluizen. Foto: ©Harm Hillinga, 1968.

Terug naar Nieuwe Statenzijl

Het gezin van Eggo keert na ongeveer vier jaar terug naar Nieuwe Statenzijl en huurt nu de boerderij en het land, omdat zijn vader het werk niet meer aan kan. Hij is daarvoor te oud geworden. Ze wonen dan van 1957 tot 1965 in de eerder genoemde woning van Janssen.

 

De familie Eggo Hillinga vertrekt in 1965 noodgedwongen naar een vrij nieuwe boerderij van Piet Westers te Heveskesklooster om daar zetboer te worden. Het land van Hillinga in Nieuwe Statenzijl moet namelijk gebruikt worden voor de aanleg van het nieuwe sluizencomplex en de verbreding van de Westerwoldse Aa.

 

Na het vroegere land van Hillinga ligt de grens met Duitsland. Deze grens bestaat slechts uit een ondiep slootje en daarna een klein opgehoogde kade van ongeveer 50 cm hoog.

 

 

  

Nieuwe Statenzijl, waar de mooie karakteristieke sluizen omstreeks 1986 zijn vervangen door een soort ‘crematorium’-achtig gebouw, een onding, een gedrocht in het landschap. Het heeft veel weg van een fabriek. Waar eens in dit buurtschap, bewoond door landarbeiders, een boer, vissers en daarbij de scheepvaart, voor veel bedrijvigheid heeft gezorgd, is dit streekje nu verworden tot een stil  en verwaarloosd gehucht.

 

 

Foto: ©Harm Hillinga, 2018.

 

De waaiboei. Het is vrij rustig weer. De waaiboei staat vrij recht hemelwaarts gericht. Rechts in de verte, iets licht ‘opschijnend’, de kiekkaaste. Het zicht is geen 15 km, aangezien de Duitse havenplaats Emden aan de noordelijke horizon niet zichtbaar is. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.
Het haventje van Nieuwe Statenzijl: eigenlijk mag het gaan haven worden genoemd, want de boten liggen op het slib. Foto: ©Harm Hillinga, 2018.

 

Boven op de zeedijk aangekomen zie je rechts een beeld van acht meter hoog, het is een waaiboei, die de windrichting en de sterkte van de wind aangeeft en turend over de Dollard zie je op de scheiding van slik en kwelder een vogelkijkhut, de ‘kiekkaaste’ zeggen ze hier. Beneden, buitendijks aan de voet van de waker5 liggen de boten van de ‘Dollardrobben’. Een bijna hopeloze ligplaats, die afhankelijk is van het getij om uit te kunnen varen en bij terugkomst moeten wachten op voldoende water om er te kunnen aanmeren. Dit hadden ze beter kunnen doen. Nu liggen de bootjes meestal op de slik.

 

Hier ben ik opgegroeid, hier heb ik  mijn jeugdjaren doorgebracht. Die hoe gek het ook mag klinken, prachtig zijn geweest. Veel vrijheid en blijheid gekend. Genoten van de vrije natuur. Ondanks de vele veranderingen die zich hier hebben voorgedaan, bezoek ik zeker zes keer per maand dit voor mij nostalgisch plekje. Even de zilte geur van de Dollard opsnuiven en kijkend richting Emden komen al mijmerend  de herinneringen van lang vervlogen tijden naar boven.                  

 

 

We blijven nog even terug in de tijd

 

22 december 1954

Een zogenaamde tweeling-orkaan zorgt voor buitengewoon hoge waterstanden en richt grote schade aan huizen, boerderijen en bomen in de drie noordelijke provincies. De dijk achter Uithuizen raakt zwaar beschadigd en het haventerrein van Delfzijl verdwijnt geheel onder water. De waterstanden langs de Waddenkust zijn hoger dan in de rampnacht van 1 februari 1953: Nieuw-Statenzijl meet 4,61 meter boven NAP, Zoutkamp - + 4,07 meter en Delfzijl - + 3,97 meter.

                                        

 

 

Gezicht vanaf de schutsluis naar de huizen te Nieuwe Statenzijl. De voorbereidingen voor de nieuwbouw zijn al begonnen, de eerste keten staan er al. De drogerij tussen het winkelhuis en het tweede huis is er niet meer. Die is tijdens een zware storm verwoest. Rechts kun je nog vaag de toenmalige binnendijk zien en achter het winkelhuis het dijkgat. Waar de dijk rechts nog zichtbaar is, ligt nu een weg en daarover rijd je nu naar de sluizen. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

 

 

 

Buitendijks achter de schutsluis te Nieuwe Statenzijl vóór de nieuwbouw. Achter op het wad is nog géén kiekkaaste te zien. Hier hebben we gezwommen en van het remmingwerk gedoken en vervolgens van de muur (onderzijde foto nog net zichtbaar). Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

  

 

Buitensluis/spuisluis van 1874 te Nieuwe-Statenzijl. Op de voorgrond een beurtschip in de Westerwoldse A. Geheel rechts tegen de wal ligt de ‘plougbolle.’ Aan de achterkant zie je een soort hekwerk, dat omlaag kan worden gelaten, zodat het hekwerk voorzien van ijzeren punten over de bodem van het vaarwater kan worden getrokken. Een vaartuig om de Westerwoldse Aa op diepte te houden. Deze foto  is ook reeds eerder te zien, doch nu duidelijker. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

 

Eens is dit het aangezicht geweest van Nieuwe Statenzijl. Dit zou zo voor eeuwig moeten blijven bestaan. Links in de sluiskolk zie je een boog. Dit is een duiker die onder de dijk door loopt. Boven op de dijk kon je schotten bedienen om water onder de dijk door te lozen. Deze duiker komt achter de dijk uit op de plek waar nu de boten liggen. Deze duiker zou er nu nog moeten zijn. Hiermee kan men het slijk, waar nu de schepen liggen, weggespoelen en zou men tegenwoordig minder afhankelijk geweest zijn van het getij. ©Foto's: Harm Hillinga, 1968.
Een merkwaardige vangst, namelijk een steur. Op de foto van links naar rechts visser Willem Bakker, Jan Kool, het zoontje van sluismeester Maarten Kool en Jur Bakker, schrijver dezes. Deze steur weegt 300 pond en is ± 2,75 meter lang. Het is een ‘meisje’ en draagt kuit, waar men kaviaar van maakt. Deze steur is ‘s nachts met deze boot naar Emden gebracht voor fl. 300,- Dat is in die tijd een flink bedrag, zo ongeveer 5 á 6 weken loon van een landarbeider. Deze vis is van oorsprong afkomstig uit de Wolga in Rusland, maar is verdwaald. Zij wil ‘kuitschieten’ en wil wellicht de Eems opzwemmen, maar is iets te vroeg rechts afgeslagen en bij eb in de garnalenkuil van Willem Bakker terecht gekomen. Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

Door: Jurjen Bakker

 

5

Zicht vanaf de schutsluis vóór de nieuwbouw. De loodsen met  de opgeslagen sluisdeuren zie je midden op de foto. Dit schip is bijna geschut en past nog net in de sluiskolk. Helemaal linksboven zie je nog net een stukje van de woning waar een sluiswachter woont.
Foto aangeleverd door Jurjen Bakker.

Ook op de dijk staat tegenwoordig ook een plaquette van Ede Staal met de tekst van zijn Gronings lied ‘Nij Stoatenziel’. Ook deze plaquette dateert uit 2010. Ede Staal heeft nog enige tijd gewoond in de stadsboerderij waar eerst Schipper woonachtig is geweest.

 

 

Ede Staal, 'Nij stoatenziel'

 

Nij Stoatenziel, doe bist mien end en mien begun

Doe bist mien moan, en doe bist ook mien zun

En bie leeg wotter spaigelt Dollerd zich in 't sliek

Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek, oh joa

Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek

 

Vlak achter Drijburg in mien mooie polderlaand

Ligstoe te dreumen aan die gruine diekenraand

En in November zai 'k de ganzen in heur vlucht

Ze schreven dien noam tegen de strakke blauwe lucht, oh joa

Ze schreven dien noam tegen de strakke blauwe lucht

 

Nij Stoatenziel, veur wel de rust en roemte wil

Doar staait 't tij en sums de tied nog even stil

En bie leeg wotter spaigelt Dollerd zich in 't sliek

Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek, oh joa

Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek

Nij Stoatenziel, Nij Stoatenziel

Nij Stoatenziel, Nij Stoatenziel

 

Klik op het pijltje > om het lied 'Nij Stoetenziel' van Ede Staal te horen.
Er zijn ook beelden bij deze video. Vergeet niet het geluid aan te zetten. Bron: YouTube.

 

 

 

Klik hier voor een fotoalbum van Nieuwe Statenzijl, vroeger en nu.

 

Noten, bronnen en referenties:

 


Noten:

 

1. Een boerenarbeider wordt nu agrarisch medewerker genoemd.

2. In het Gronings: Spiek.

3. Kort geleden is hij overleden.

4. Hij woont dan samen met zijn echtgenote Geertje de Vries en hun tweejarig zoontje Harm in de woning van de eerder genoemde De Boer.

5. Waker, dijk grenzend aan het water/de zee, zeedijk

6. De waaiboei (kunstwerk) is ontworpen door Martin Borchert en is daar in 2010 geplaatst.



 

Bronnen en referenties:
De originele tekst is geschreven door Jurjen Bakker, waarvoor mijn dank.
Bewerkt voor NDV door Harm Hillinga.

 

Deze pagina maakt deel uit van www.nazatendevries.nl. Aan bovenstaande tekst is de uiterste zorgvuldigheid besteed. Desondanks kunnen er best fouten voorkomen. Constateer je fouten en/of heb je vragen, correcties, aanvullingen......... geef die dan even aan mij door via mijn E-mail adres (zie rode balk boven). Wij hebben ons uiterste best gedaan om de auteurs van teksten/citaten en copyrightbepalingen van afbeeldingen te achterhalen. Mocht je rechthebbende zijn en hierover vragen of opmerkingen hebben, neem dan contact op via e-mail. Lees ook de 'Disclaimer' en 'Privacy' voor méér informatie en laat ook eens een bericht achter in het Gastenboek, dan weet ik waarvoor ik het doe.

Hoogeveen, 12 januari 2022.
Samenstelling: © Harm Hillinga.
Klik hier om naar het menu ARTIKELS te gaan.
Klik hier om terug te gaan naar de HOMEPAGE.
Top